Er gaat niets boven lekker stevig zuurdesembrood met een knapperige korst. Nog kan ik zulk brood hier in het Duitse Hildesheim bij de bakker om de hoek kopen, maar binnenkort verhuizen we naar Nederland, waar je - sorry Nederlanders, maar het is gewoon zo - goed brood met een lichtje moet zoeken. Gelukkig is zelfgemaakt zuurdesembrood zelfs nóg lekkerder dan zelfgekocht. Een paar dagen geleden zijn we begonnen een zuurdesemstarter te maken. Daarmee maken we morgen een freestyle-brood à la Kristof. Het voordeeg maken we vanavond al, want dat moet ongeveer 12 uur rusten.
Er gaat niets boven zelfgebakken brood - en al helemaal niets boven zelfgebakken zuurdesembrood.met een stevige smaak en een knapperige korst. Over een paar dagen gaan we een freestyle zuurdesembrood bakken. De basis voor zuurdesembrood is een zuurdesemstarter, gefermenteerd roggemeel. Hier heb je maar een paar ingrediënten voor nodig, en een beetje tijd. Als je vandaag een potje vult met roggemeel en water, kun je zondag met ons meebakken.
Wie graag kookt, krijgt een ander hoofd. Normale mensen denken bij Grieken aan de Eurocrisis, ik aan moussaka en walnotenyoghurt. Prettig is dat, zo’n meer positieve bedrading. Van al dat piekeren en discussiëren krijg je maar rimpels, en een hoefijzermondje, daar knapt niemand van op. De afgelopen weken ging het tijdens de verkiezingsstrijd onophoudelijk over de islam. Gék werd ik ervan, tot ik ineens bedacht dat ik al tijden geen Aubergines van de imam (ook wel bekend als "imam bayildi") had gemaakt. Ik maakte er wortelsalade met hummus bij en pilav-rijst en had zo ineens hartverwarmend, multi-cultureel eten dat iedereen lust, zelfs de grootste islam-sceptici. Eten verbindt. Dat hopen we dan maar, tenminste.
Naast de bloemkool spelen mosterd, kummel en venkelzaad een hoofdrol in deze ovenschotel, die al sinds jaren regelmatig bij ons op tafel komt. Het krokante kaaslaagje met nigellazaad maakt het gerecht af. Traditioneel en exotisch tegelijk. Je mag zelf kiezen of je aardappels of volkorenpenne wil gebruiken, beide varianten zijn lekker.
Deze heerlijke linzenschotel is ontstaan uit een allegaartje van overgebleven groenten uit de groentelade, zoals een stuk flespompoen, een groene paprika, een halve courgette en wat bosuitjes. Je kunt er eigenlijk alle restjes groenten wel voor gebruiken. Deze schotel is een lekkere manier van restverwerking en nog budgetvriendelijk en duurzaam ook.
Bij het ontwikkelen van een nieuw recept vind ik wat houvast en inspiratie wel fijn. Daarom heb ik het boek Smaakvrienden Groenten van Angélique Schmeinck gekocht. Ik heb trouwens niet veel aanleiding nodig om een nieuw (kook)boek te kopen; elk excuus is geldig. In dit boek staan ruim 80 groenten met al hun smaakvrienden. Ik ben begonnen bij de A en bij een wintergroente: andijvie. Bij elke groente staan bereidingstechnieken en veel andere heerlijke ingrediënten die bij de groente passen. Ik koos voor pompoen, witte bonen en tahin om ‘iets’ samen met de andijvie te bereiden.
Fettuccine alfredo, ook wel pasta alfredo, is een van oorsprong Italiaans gerecht dat gecommercialiseerd werd in de Verenigde Staten. Intussen is het een soort van culinair begrip geworden met heel wat varianten. Maar toch gaan wij terug naar het oorspronkelijke recept. Omdat het een heel simpel gerecht is, is de kwaliteit van de ingrediënten zeer belangrijk. Gebruik het liefst versgeraspte kaas en roomboter van goede kwaliteit. Als pasta neem je het best een brede lintpasta zoals parpadelle of fettuccine om die het best bij de structuur van de saus past. Wanneer je deze niet kunt vinden, mag tagliatelle ook.
Ik maakte een vegetarische variant op 'Beef Wellington', een gerecht vernoemd naar de eerste hertog van Wellington, Arthur Wellesley. Oorspronkelijk is dit een gerecht van vleessoorten en gehakte paddenstoelen met kruiden (duxelles) in een bladerdeegjasje. Het bladerdeeg zorgt ervoor dat het vocht niet kan weglopen en de duxelles geven smaak af aan het vlees. De paddenstoelen en kruiden zijn niet bedoeld om te eten; wanneer ze hun taak hebben volbracht, worden ze verwijderd, aldus het originele recept. Maar dat is natuurlijk zonde en bovendien zijn het de hoofdbestanddelen van deze vegetarische 'Wellington'. Wat mij betreft verdient deze versie beslist de voorkeur.
Deze kroketjes met oesterzwammen en champignons zijn een feestelijk borrelhapje waarmee je zeker indruk maakt. Het maken van de ragout kost even tijd, het moet minimaal enkele uren opstijven, maar zelfgemaakte ragout is zoveel lekkerder dan die uit een blikje. Bovendien weet je zeker dat er geen gelatine in zit. Kroketjes zijn extra lekker als ze lekker krokant zijn. En het geheim van extra krokante kroketjes? Twee lagen paneermeel: één fijne en één grove laag. Voor de grove laag heb ik panko gebruikt, maar je kunt ook zelf brood grof malen.
Deze mooie paprika's lagen buitenbeentjes te zijn op de groenteafdeling bij de AH. Ze waren waarschijnlijk te mini. Zo liggen er meer buitenbeentjes, zoals peren, appels, wortels en komkommers, die vanwege hun uiterlijk zijn afgekeurd. Wat overigens niks zegt over de kwaliteit en smaak ervan, die is niet minder goed dan de 'normale' exemplaren. Deze buitenbeentjes worden per kilo voor een schappelijk prijsje verkocht. Dat is ook fijn voor de mensen met een wat krappere beurs, deze buitenbeentjes geeft hen de mogelijkheid meer groenten en fruit aan hun dagelijks menu toe te voegen. Tevens kunnen we zo met zijn allen een bijdrage leveren aan duurzamer consumeren door minder eten weg te gooien. Het heeft dus alleen maar voordelen. Deze met tomatenrisotto gevulde paprika's waren heerlijk. Een verrassend lekker budgetgerecht!
Heb je zin om ons team te versterken? Wij zijn op zoek naar nieuwe culinaire redacteuren, gastredacteuren en restaurantgidsredacteuren.. Ben je geïnteresseerd? Lees hier verder!