Open menu

De schorseneer moet het niet echt van haar uiterlijk hebben, maar net als bij mensen zegt uiterlijk niet alles: in de langwerpige donkere wortels zit een heerlijke groente verstopt met een milde, boterzachte en ietwat zoete smaak.

De schorseneer, een ongeveer 25 tot 30 centimeter lange witte wortel die is omgeven door een donkere schil, werd rond 1672 vanuit het Middellandse zeegebied naar ons lage landje geïmporteerd. De schorseneer dankt haar naam aan de Italianen, die de groente vanwege haar onaantrekkelijke uiterlijk naar de zwarte adder vernoemden. Zij doopten de schorseneer tot ‘scorza nera’, hetgeen ‘zwarte schil’ betekent. Vroeger dacht men ook dat het sap van de schorseneer adderbeten kon genezen, in het Oudhollands wordt de groente daarom ook wel ‘Adderkruid’ genoemd.

Voor de Tweede Wereldoorlog gebruikten huisvrouwen deze groente regelmatig in de Hollandse keuken. Vanwege haar gelijkenis met neefje asperge werd de schorseneer ook wel ‘winterasperge’ genoemd. Deze ‘armeluisasperge’ werd vanwege haar goedkope prijs vooral veel gebruikt in huishoudens die weinig hadden te besteden.

Na de Tweede Wereldoorlog raakte deze groente helaas in diskrediet, waarschijnlijk vanwege haar bewerkelijke karakter en moest ze in de supermarktschappen plaats maken voor aan populariteit winnende mediterrane groenten, als courgettes en paprika’s. Dichter en liedschrijver Drs. P vond dit maar niets en wierp in de jaren tachtig een lans op voor de schorseneer met zijn absurdistisch lied Knolraap en lof, schorseneren en prei, op youtube te beluisteren. Na 1995 is er sprake van een schorseneer-revival en wint de groente weer aan populariteit. Supermarkt C1000 ontwikkelde samen met De Historische Groentehof een assortiment vergeten groenten, waaronder ook de schorseneer. Inmiddels staat de schorseneer bij diverse toprestaurants op de kaart. 

Schorseneren hebben een hoge voedingswaarde en zijn verkrijgbaar van oktober tot en met maart. Ze kunnen het beste koel worden bewaard en zijn dan tien tot veertien dagen houdbaar, mits ongewassen. 

Schorseneren staan bekend om hun bewerkelijke karakter. De schorseneer werd in ons land ook wel ‘keukenmeidenverdriet’ of ‘huisvrouwenleed’ genoemd, bij het schillen van de langwerpige donkere wortels komt namelijk een kleverig melksap vrij. Maar de aanhouder wint en met een beetje oefenen kun je de schorseneer in vijf minuten schillen en schoonmaken. Schil de schorseneer met een dunschiller in snelle en rechte bewegingen. Draag bij voorkeur plastic handschoenen, want het melksap plakt! Leg de geschilde schorseneren vervolgens in citroensap om te voorkomen dat ze verkleuren. Snijd ze in stukken van 4 a 5 centimeter en kook ze in bouillon in 15 tot 20 minuten beetgaar.

 Denk je nu: leuk, al die informatie, maar wat moet ik nu met schorseneren? Hier enkele serveertips. Leg gekookte schorseneren in een ingevette ovenschaal, schep er enkele lepels roomkaas op, strooi er amandelen over en zet de ovenschotel 5 à 10 minuten onder de grill. Schorseneren zijn ook bijzonder geschikt om als decoratie te gebruiken, schil ze met een dunschiller in filterdunne repen en frituur deze. Of breng gekookte schorseneren op smaak met boter, peterselie, peper en citroensap en serveer ze als bijgerecht. Eet smakelijk!

Meer!
Fetuccine met romige schorseneer en tomaatjes
Schorseneren op z'n Aziatisch 

 

the Kitchenary

horecarama