Bloemkool is de perfecte soepgroente! Na het koken en pureren, neemt hij zonder dat er room aan te pas komt een geweldige zalvige vorm aan. En het is ook nog eens in een oogwenk klaar. Nog meer redenen nodig om deze soep te maken?
Oké nog een dan: bloemkool biedt een geweldige basis voor heftige smaken. Je kunt het zo’n beetje met alles combineren. De topping in deze soep geeft extra pit en textuur aan de zachte, licht zoete bloemkoolsmaak.
Voor 6 personen
1 bloemkool
1,5 liter groentebouillon
2 sjalotjes
handje ongeroosterde hazelnoten
1 rode peper (of meer naar smaak)
2 teentjes knoflook
klein bosje platte peterselie
boter
olie
- Smelt een klontje boter in een diepe pan. Snij de sjalotjes fijn en fruit ze aan in de boter tot ze glazig, maar niet bruin zijn.
- Snijd de bloemkool in roosjes, was deze en voeg ze toe aan de sjalotjes. Bak even mee.
- Voeg de groentebouillon toe en breng aan de kook. Laat koken tot de bloemkool zacht is.
- Hak de knoflook en rode peper heel fijn. Verhit olie in een koekenpan en bak de knoflook en peper mengsel in de olie. Hak de hazelnoten en voeg deze toe wanneer de knoflook zacht wordt. Pas op: de hazelnoten en knoflook mogen een bruine kleur krijgen, maar verbranden snel.
- Hak intussen de peterselie fijn. Haal het notenmengsel uit de pan en roer er de peterselie door.
- Pureer de bloemkoolsoep tot deze helemaal glad is. Proef en breng op smaak met peper en zout.
- Serveer de soep in kommen, met in iedere kom een lepel van het noten-pepermengsel.
