1. Tertia schrijft in haar weekmenu: friet. Bravo. Dat als petat uitgesproken patat van boven de rivieren vind ik abject.
2. Gisteren aten we een beetje ubifriet, een stamppot van ubi en wat salade uit een AH saladezak waarin rucola en roodbladiets, een salade van peer, appel, kaki en mandarijn met Griekse olijfolie, gefrituurde veggie oriental bites van AH. O ja, ubi=sweet potato, zoete aardappel. Waarom heet die knol hier niet in oud-koloniaals ubi; sate noemt men toch ook sate (nou ja, satééé) en kaki kaki en nashi (= Jap. voor peer) nashipeer (peerpeer, ook wel verbasterd tot nasipeer zoals Schnitzel soms tot snitsel is verworden). Ach wat een geweeklaag. 3. Vandaag rijst, pindasaus, gefrituurde tempe (eerst wat gedroogd), spruitjes, sperzieboontjes en wie weet maakt mijn vrouw nog iets. Rioja biowijn gekocht bij Eco Plaza, 15% korting, gemaakt door een bio-groententeler die nu ook met succes wijn maakt. Ben benieuwd.
Maar die ubistamppot is echt een topper. In hedendaagse taal zegt men dan stamppotje. Tja. Dat is dus voer voor lexicologen: stamppot-stamppotje, sla-slaatje...etc.