Lunch: geroosterd lemairemeelbrood (eigenlijk achterlijk om eerst bloem te maken, dan weer zemelen toe te voegen en het dan ook nog een sjieke naam te geven), met tomaat, radijs, olijfolie, zout en kruiden uit de kruidenpluktuin van het Centrum Milieu-educatie Bredius in Woerden, de fraaie tuin gesticht door een onderwijzer daar, oeroud. Drie jaar geleden zagen we hem daar nog scharrelen.
Avondeten: bladerdeegflap gevuld met bloemkoolmengsel, wat witte asperges, spaghetti, teryakistukjes van AH van de veggie slager salade met onder meer kruiden uit die tuin uit Woerden (bieslook, salie, majoraan, tijm, venkelblad).
Overigens ben ik van mening dat het balletdansen op spitzen (ik denk: uitspraak is schpitsen en niet spietsen; en waarom gebruikt men eigenlijk een Duits woord?) mensonvriendelijk is, mensenbeulerij. En vaak nog seksistisch ook: als mannen eens op die dingen moeten gaan ze janken (allemaal TV-wijsheid van die Spitzentänzerei).
Voorts heb ik, naar Woerden rijdend, gemerkt dat je de stationsnamen vanuit een snel rijdende trein beter kunt lezen als je zo zit dat je achteruit rijdt in plaats van vooruit.
Welaan, dit is dus weer een stuk draad-garni.